The Immersive Network Research & Development programme
IDFA Doclab
IDFA DocLab is een gecureerd interdisciplinair platform voor interactieve documentaire-kunst en storytelling. Tijdens International Documentary Film Festival Amsterdam biedt DocLab een breed aanbod aan evenementen voor iedereen die geïnteresseerd is in de artistieke potentie van nieuwe digitale technologieën zoals kunstmatige intelligentie, virtual reality en interactieve media. Naast het festivalprogramma vervult DocLab sinds 2007 met haar unieke, exploratieve opzet en doorlopend R&D-programma een pioniersrol in de ontwikkeling van nieuwe vormen van interactieve media: van webdocs, apps en virtual reality tot datakunst, multimedia-journalisme, installaties, live performances en fulldome.
Hoe is IDFA DocLab ontstaan?
IDFA Doclab is geboren uit het vraagstuk hoe de digitale revolutie en het internet het documentaire-vak hebben veranderd en in de toekomst nog verder kunnen veranderen.
Caspar Sonnen, Hoofd Nieuwe Media IDFA & oprichter/curator IDFA DocLab: “In 2005 zag de mediawereld er nog heel anders uit. YouTube, Facebook en Twitter bestonden net, MySpace was groot, Netflix was nog niet bedacht. Internet begon echt groot te worden. Op dat moment werd voor mij heel duidelijk dat er twee dingen gebeurden met betrekking tot documentaires: aan de ene kant onderzochten mensen wat internet als technologische innovatie kan betekenen voor de filmindustrie, meer als distributievorm. Aan de andere kant is de documentaire een kunstvorm en zouden we het internet als artistiek medium kunnen bekijken. Ik heb toen gezegd:
IDFA Doclab kan een plek worden voor nieuwe vormen van kunst.
De kracht van IDFA DocLab: ‘On the threshold’
Ondertussen, in haar 15e jaar van bestaan, is IDFA DocLab uitgegroeid tot een speelveld voor de onderzoekende documentairemaker waar er door middel van een breed repertoire aan evenementen experimenteel onderzoek gedaan wordt naar nieuwe vormen van interactieve documentaire kunst en storytelling. Tegenwoordig biedt IDFA DocLab zowel een publieksgericht festivalprogramma -waaronder een jaarlijkse expositie in de tentoonstellingsruimtes van de Tolhuistuin, een VR Gallery en Live Cinema Events- als activiteiten gericht op (inter)nationale professionals in de documentaire en nieuwe media-industrie, zoals de meerdaagse Interactive Conferentie en summit. Hierbinnen onderzoeken verschillende partijen -waaronder The Immersive Storytelling Studio (National Theatre), Diversion Cinema, Moniker, Atlas V, Cie Gilles Jobin, Polymorf en Anagram- de interactie tussen hun werk en de bezoeker. Zo fungeert IDFA DocLab als een testomgeving waarbinnen nieuwe inzichten en ontwikkelingen ontstaan.
Caspar Sonnen: “IDFA DocLab is een heel goede plek om in samenspel met het publiek te testen wat er wel en niet werkt: we zetten mensen aan het werk, we prikkelen ze. Dat is wat festivals kunnen: we hoeven geen mediavorm te laten zien die altijd werkt - het hoeft maar één dag te werken. Zo kunnen wij iets radicaler zijn in onze experimenten, en veelzijdiger. Daarom presenteren we ook niet één vorm als dé vorm.
DocLab omarmt de plek tussen bestaande media, tussen fysiek en digitaal. Het gaat over alles wat tussen wal en schip valt. De kracht van DocLab is dat het gaat over alles dat geen traditionele media is. We noemen onszelf daarom ‘On the threshold’.”
De bijdrage van DocLab aan de creatieve industrie
Bijzonder aan Doclab is het doorlopende R&D-programma, bedoeld voor zowel de Nederlandse als de internationale documentaire-industrie en aanverwante sectoren. Het R&D-programma gebruikt het IDFA festival als ‘living lab’ voor experimenten, onderzoek en ontwikkeling. Daarnaast ondersteunt DocLab deelnemers van het R&D-programma met haar internationaal netwerk, expertise, productie mogelijkheden of commissioning budget. Het doel van het R&D-programma is daarmee het aanjagen van fundamenteel onderzoek en het ontwikkelen, stimuleren en faciliteren van artistieke innovatie, ondernemerschap en cross-sectorale samenwerkingsverbanden op het gebied van immersieve en interactieve media.
Caspar Sonnen: “Het R&D-programma heeft als ‘living lab’ een unieke infrastructuur. Makers krijgen de ruimte om te experimenteren met verschillende technologieën, media en interfaces. Commerciële productontwikkeling staat niet centraal, maar het publiek wordt betrokken in het proces van innovatie en ontwikkeling van nieuwe producties. Zodoende vergaren we nieuwe inzichten en kennis, die als feedback aan de makers en industrie worden overgedragen en gebruikt wordt voor doorontwikkeling van de projecten. Het innovatieproces draagt tevens bij aan de discussies rondom grotere maatschappelijke vraagstukken zoals de impact van technologie op ons gedrag en de fysieke wereld.”
Een groot onderdeel van het R&D-programma is de lopende samenwerking met Massachusetts Institute of Technology. Hierin wordt er door het MIT Open Documentary Lab gedurende vijf jaar onderzoek gedaan naar de toekomst van interactieve en immersive media. Het overkoepelend vraagstuk is hierbij: nieuwe technologieën zoals VR, AR, MR en AI bieden nieuwe mogelijkheden voor het documentaire-vak, maar hoe kan hiervan het volle potentieel worden benut? Elk jaar wordt er een specifieke onderzoeksvraag opgesteld, waarop een selectie van R&D-projecten worden geanalyseerd.
Een mooi geselecteerd R&D-project van afgelopen jaar, welke DocLab al meerdere jaren volgt en steunt, is MOTTO. MOTTO is een interactieve AR-ervaring op je telefoon, gemaakt door Vincent Morisset. Vorig jaar is de website-opzet van MOTTO doorontwikkeld naar een live versie, waarbij er uitgezonden kon worden vanuit de studio van Morisset in Montreal. Tijdens dit project deed het publiek mee aan een interactieve performance met artiesten uit verschillende landen die zich bij het evenement voegden om de wereld van Motto te verkennen.
Een ander geselecteerd R&D-project is Messages to a Post Human Earth van studio Anagram. Oorspronkelijk was dit project bedoeld als een fysieke theatrale installatie in een botanische tuin, alleen kon deze door corona niet doorgaan. Met de fysieke limitaties in het achterhoofd is dit project doorontwikkeld tot een verbeeldende audiotour voor twee personen met Augmented Reality (AR) elementen, die je via je telefoon kan ervaren. Hierin ga je samen op avontuur in een lokaal park of bos om je relatie met de natuurlijke wereld te herontdekken.
De meerwaarde van de PPS-regeling voor DocLab
Haar grootste kracht brengt echter ook uitdagingen met zich mee. De vrije, reactieve opzet van DocLab maakt het aanvragen van subsidies soms complex: een exploratieve aanpak leidt namelijk vaak tot een onvoorspelbare planning en eindproduct -terwijl dat nou juist de dingen zijn die je in veel gevallen concreet moet hebben om financiering aan te vragen.
Caspar Sonnen: “In het begin was het voor onszelf erg zoeken naar de opzet van DocLab. Er werd door andere mensen regelmatig getwijfeld aan de bestaansredenen en het (economisch) nut. Normaalgesproken vraag je als culturele instelling van tevoren subsidie aan, en dan krijg je het of niet. Voor ons als DocLab was dat vanaf het begin af aan lastig, want wij kunnen niet vertellen wat we een jaar later gaan doen. De werkelijkheid verandert namelijk heel snel en daar spelen wij continu op in.”
Juist hierom speelt de PPS-regeling van CLICKNL al jaren een belangrijke rol in het bestaan van DocLab: met de PPS-regeling wordt subsidie berekend over de R&D projectinvesteringen die het afgelopen jaar gedaan zijn. Die middelen kunnen vervolgens weer in het volgende onderzoeksjaar van DocLab worden geïnvesteerd. Hierdoor behoudt de culturele instelling jaarlijks de vrijheid om het onderzoeksproject bij te stellen.
Caspar Sonnen: “Wat wij fijn vinden aan de PPS-regeling is dat we de subsidie over het vorige jaar zonder complexe voorwaarden in kunnen zetten voor het gehele programma van het jaar erop. Dat creëert de ruimte om elke keer te bekijken wat nú het meest urgent is om op te focussen, onafhankelijk van het vorige jaar. Dat is voor ons het voordeel van die getrapte vorm."
Ook de partners van DocLab doen hun voordeel met de PPS-regeling. Caspar Sonnen: “In de praktijk werkt het zo dat wij partnerschappen aangaan met commerciële partijen, zoals VR-studio’s. Wij geven de makers een zetje om een project te doen, we bieden ze een gegarandeerde plek en infrastructuur. Zo kunnen we met relatief weinig steun grote projecten mogelijk maken. Vanaf het begin werd het PPS-programma door onze partners omarmd. Voor hen biedt het namelijk ook veel voordelen: zij zien het living lab als een plek waar ze experimenten kunnen uitvoeren die ze zelfstandig niet kunnen doen. Ze kunnen onderzoek doen, hebben contact met het publiek en het veld en krijgen feedback van vakgenoten.”
What’s next?
Na vijftien jaar vol ervaringen, samenwerkingen en nieuwe technieken is DocLab de zandbak ontgroeid. Ze staan ‘on the threshold’, tussen puberteit en volwassenheid. Er is ondertussen een sterke visie over de (technologische) ontwikkelingen van de toekomst en de richtingen die interessant zijn om verder mee te experimenteren. Vanuit dit gedachtengoed onderzoekt DocLab een nieuwe programmastructuur waarbij niet alles meer alles op één hoop wordt gegooid.
Caspar Sonnen: “De structuur zal een afspiegeling zijn van de manier waarop het veld zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. We merken dat er een aantal ‘families’ of classificaties zijn ontstaan: digitale kunst, immersive media, fysieke installaties en live performances. Wij denken dat deze nieuwe indeling nuttig is, al benoemen we ook de grensgebieden tussen die vier.”
DocLab maakt daarmee dit jaar een pas op de plaats. Er wordt een structuur opgezet waarbinnen ze de komende 3 jaar kunnen opereren. Een structuur met een duidelijke richting, waarbinnen DocLab haar krachtige identiteit weet te behouden: een speelveld voor vrije, experimentele innovatie binnen de documentaire-industrie.